dinsdag 22 september 2015

Kijk.

Tussen de met troep bekladde wanden raas ik met een enorme snelheid over twee stukken metaal. Inderdaad, ik zit in de trein. Met Einaudi’s “Nuvole Bianche” in mijn oren staar ik dromerig naar buiten. De herfst is begonnen, eindelijk. Het schrille contrast tussen de oude pianist en de jonge zangeres is overigens gelukkig niet te horen. De conducteur verstoort op brute wijze mijn dagdroom en vraagt me met een chagrijnig gezicht om mijn vervoersbewijs. Het kost niet veel moeite om weer met m'n gedachten weg te zweven. Reizen in het donker, heb ik ontdekt, inspireert op een vreemde manier.


Elk jaar verheug ik mij op het moment waarop de bladeren gaan vallen. Een sjaal om, warme jas aan en thuiskomen in een behaaglijke warmte. Maar het is gek, de seizoenen lijken steeds sneller te gaan. De woorden ‘ik heb zin in de winter’ hebben mijn lippen nog niet verlaten of degene naast mij klaagt alweer over het koufront dat onze kant op beweegt. Oh, en over dat ‘ie te laat komt voor z’n afspraak. Waarom? Hoezo geniet je niet meer van het moment, maar ben je bezig met je agenda en wat er hierna komt? Natuurlijk, de toekomst laat niet op zich wachten, maar jij bepaalt wat je nu doet. Het is nu nog warm, neem het ervan! Daarbij, je bent nu toch al vertraagd. Ik doe het zelf net zo hard, trouwens. “Agenda” is de enige app die de hele dag open staat op mijn telefoon. Misschien is het wel hoe het “tegenwoordig” gaat. En wellicht is dat ook waarom oude mensen ons vaak niet bij kunnen houden, simpelweg omdat we zo machtig snel gaan. Maar pak een tas, wandel de Schotse Hooglanden in en ga zitten. Breek los van dat moordende tempo. Kijk, hoor, ruik en voel alles om je heen. Observeer die wanordelijke regelmaat. In alles. Waarom de Hooglanden? Dat is een persoonlijke favoriet. Het kan werkelijk iedere plek zijn, overal waar je bent is die geordende chaos. Kijk om je heen en geniet.

vrijdag 8 mei 2015

Afhaker 3

Regen. Bakken met regen. Zo moet het er ongeveer uitzien op de bergtop waarnaar ik zit te kijken. Hier, in het stadje, schijnt de zon. De woonkamer wordt nu gedomineerd door mensen van "the other side of the puddle". 'k Ben erachter gekomen dat Canadezen en Amerikanen wel van whisky houden. 

Een dag op de bank liggen lezen is hier heerlijk. De zon waar ik het over had? Die scheen haar vriendelijke stralen op mijn wang. De Oostenrijker en ik zijn het er inmiddels over eens dat Duits erg veel op Nederlands lijkt qua vocabulaire en met de Amerikanen en Canadezen hebben we besloten dat 't een "boze" taal is. Taal verbroedert, zelfs als je 't belachelijk maakt in het Engels.

Het begint hier al aardig op een hospitaal te lijken. Een Oostenrijker met een zere enkel, een Amerikaan die op een berg met een flinke snelheid de grond kust, een Canadees met een verrekte spier en een vreemde, koppige Hollander met een zere knie. Ik zit weer in de vensterbank te kijken naar de oranje gloed die de bergen verlicht. Deze keer is het een stuk vroeger, de geur van koffie en toast vult de ruimte. Een stel Fransen spreekt in hun eigen taal en het is prachtig. Geen touw aan vast te knopen. Een Nederlander werkt haar ontbijt weg, een enorme salade en ik heb alleen koffie. Daar ergens, tussen de bomen, marcheren mijn vrienden. Zingend, voluit pratend en puffend van vermoeidheid banen zij zich een weg door het laatste stukje Schots bos. De volle 154 kilometer hebben zij afgelegd. Inmiddels ben ik als enige hier nog over. De Australiër is al een dag weg en de Canadees vertrekt naar Skye. Voor de Australiër was het vaarwel, de Canadees "tot op Facebook", en mijn koffie is koud geworden. Nog een avond en een nacht, en dan vertrek ik ook weer. Maar dit is absoluut niet de laatste keer dat ik hier ben en logeer. See you next time, Scotland.

donderdag 7 mei 2015

Afhaker 2

Met uitzicht over de stad en de prachtige bergen zit ik in de vensterbank. De ondergaande zon verlicht de opzij trekkende wolken met een oranje gloed. Langzaam trekt de mist over de stad. Gepaard met een enorm kabaal probeert de dienstdoende receptioniste de oude haard aan te steken. De maffe Australiër meldt terloops dat hij, "when he wore a younger man's clothes," in een kolenmijn heeft gewerkt en daarbij per uur net zoveel verdiende als ik in een minuut. Inmiddels heb ik een groot gedeelte van mijn Schotland-whisky geconsumeerd. Dat mag ook wel, de reis loopt op haar einde.

Haggis was best te doen eigenlijk. Een soort gehaktbal met een bende jus, niet echt bijzonder. Fish and Chips was niet te vreten. Schijnbaar is het hier gebruikelijk om de vis zo te verminken dat 'ie niet meer als zodanig herkenbaar is. Oh, en de Canadees vond het niet leuk dat ik voor haar betaalde, iets dat in mijn ogen gewoon hoort. Helemaal als haggis-maatjes.

Eindelijk ben ik verliefd. Nee, niet op die Canadees. Hoewel ze erg leuk is, ben ik verliefd geworden op de meest cliché hobby die bestaat: reizen. Gewoon rondtrekken, elke dag nieuwe mensen ontmoeten en mooie plekken zien. De Australiër is vertrokken naar Skye. Met weer een kop koffie kijk ik naar dezelfde bergen, rondom hetzelfde stadje. Rechts achter mij een Oostenrijker met zere poten, links van mij iemand bij wie ik slechts kan gokken dat 'ie Frans is. Niemand spreekt, iedereen schrijft. Gisteren de URL's van onze blogspots met een medewerker uitgewisseld. 'k Ben benieuwd hoe dit door Google Translate verminkt zal worden. Nederlands naar Engels, in deze stijl. We shall see. Eerst naar buiten, genieten van de zon die nu vriendelijk mijn gezicht verwarmt. Een zeldzaam iets, in een stadje dat driehonderd dagen per jaar regen heeft.

woensdag 6 mei 2015

Afhaker 1

Vanuit een comfortabele lederen sofa kijk ik uit over de stad. Groter dan ik gedacht had. Links van mij een ontzettend leuke Canadese, iets verder naar rechts een oude Australiër. Engels is hier de verbroederende taal, samen met het Nederlands dat ik spreek met mijn "fellow Dutchies". De haard is heerlijk warm in de oude, tot hostel omgebouwde, rijkeluiswoning.

'k Heb besloten om toch maar niet verder te gaan. De laatste zestig kilometer kwam eraan, zonder GSM-dekking, en ik durfde het risico niet te nemen. Schijnbaar gaat je knie protesteren als je half van een heuvel dondert. Het is goed zo, het is goed hier. Ik vertrouw erop dat, wat er ook gebeurt, het goed komt. En dat is gebeurd.

Woensdagochtend. Na een lange en verkwikkende nachtrust pak ik een kop koffie en kijk uit over de bergen, die het eeuwenoude stadje omringen. 'k Probeer me voor te stellen hoe het hier honderd jaar geleden geweest moet zijn. 1915, ik heb geen flauw idee. De Schotse geschiedenis is mij onbekend. De Australiër is inmiddels in zijn kleine Peugeot vertrokken. "Where are you going today?" "I'm gonna drive around in the hills," geweldige man. Het valt me op dat een dergelijk backpackers-hostel mensen in sociaal opzicht volledig uit hun comfort-zone trekt. Van stille en onopvallende Hollanders (die over het algemeen vrij luidruchtig horen te zijn), naar lachende, honderduit pratende internationalisten. Ja, ter plekke verzonnen. Zometeen het stadje bekijken en de goede pubs ontdekken. Welcome to Scotland, the civilised way.

dinsdag 24 februari 2015

Rennen.

Het is kwart voor zes ’s ochtends. Na slechts enkele uren slaap klim ik m’n bed uit en zonder licht zoek ik tevergeefs naar mijn hardloopschoenen. Soms, heel soms kom ik eraan toe om op dit tijdstip te gaan hardlopen. Niet zonder muziek, natuurlijk. Veel nummers brengen herinneringen met zich mee. Ze vervagen. Als sneeuw voor de zon van tijd. Bij het beluisteren van zomerse nummers ontstond er normaal meteen een glimlach op mijn gezicht. Nu zijn het gewoon nummers, herkenbaar vanuit een grijze schaduw.

Nieuws. IS. Het Midden-Oosten. Rusland. Oekraïne, de overheid, mijn studie en ga zo maar door. Onderzoekers stellen dat een persoon uit de middeleeuwen in zijn hele leven net zo veel prikkels binnen kreeg als ik in één dag. Sinds kort begrijp ik precies wat zij bedoelen. Wat lijkt het me heerlijk om een dag terug te gaan. Toegegeven, toen was alles ook niet in orde, maar het zal vast beter geweest zijn dan nu. Qua prikkels dan. E-mail hier, appje daar. Poetin hier, haatimam daar. Is er überhaupt nog iets positiefs te melden? Het feit dat Word het woord “haatimam” herkent, zegt al genoeg. Maar ik heb een remedie gevonden. Lopen, nee, rennen. Zonder ingehaald te kunnen worden, met alleen de muziek en mijzelf. Alsof de wereld achter me aan zit.

vrijdag 11 juli 2014

Muziek en alles wat het met zich meebrengt.

Muziek kan, hoe vreemd ook, rustgevend, intens en verdrietig makend tegelijk zijn. Zoals iemand laatst zei; “Zonder muziek was ik hier allang niet meer geweest…” Er is één nummer dat mij sinds het begin van deze week helemaal rustig maakt. Coldplay, ‘Fly On’ heet het nummer. Op mijn telefoon lekker simpel ‘O’. Aan het einde zingt Chris Martin’s dochter een zin die in contrast met, maar ook bij het nummer past. Inderdaad, een luistertip... Zij het een erg subtiele.

“Fly on,” zingt Chris steeds. Aan het einde zingt zijn dochter “Don’t you let go…”. Fly on, ga door met alles, ga door met waar je mee bezig was. Laat je niet uit het veld slaan, laat je niet kapot maken. Je mag breken. Je mag éven kapot gaan. Ja, je mag janken. Maar ga door. Stop niet. Vernietig iedereen die je probeert tegen te houden in dat wat je wilt doen. Laat niet gaan. Ook al flikkert je hele wereld in elkaar, word je volledig afgebroken. Don’t you let go… Gebruik je hersenen. Maak geen beslissingen in een week. Om even actueel te blijven: laat je niet verleiden tot achterlijke acties. Inderdaad, ik kan soms de moraalridder uithangen. ‘k Heb geleerd dat het eigenlijk niet mag, maar dat maakt me niet uit. Vertrek niet naar een of ander ver land om te vechten. Het gaat daar misschien fout, maar daar kun jij als Nederlander niet veel aan veranderen. Nu al zijn er Nederlandse jihadisten omgekomen in bijvoorbeeld Syrië. Wat schiet je ermee op? En als ze terug komen? Kijk naar de mensen die daadwerkelijk zijn uitgezonden. De mensen die hun maatjes neergeschoten zagen worden. Wat voor effect heeft dat op hen gehad?

“Jullie moeten het zelf doen!”, ja… We hebben het zelf gedaan en het is gelukt. Dat papiertje is binnen. Met hulp, steun en bemoedigende woorden van alle kanten. Appeltje, peertje. De herinneringen zijn dat wat er nog van over is. Shit happens, en ik weet dat de toekomst nog zo ongelooflijk veel te bieden heeft… Maar daar heb ik nú niets aan. Fly on, don’t you let go…

donderdag 27 maart 2014

Lang leve de nacht!

Bijna helemaal in het donker, met alleen een bureaulamp op de papieren naast mij gericht, zit ik beneden. Het is laat, iedereen is naar bed en ik zit hier nog te werken. Mr. Sinatra houdt mij gezelschap. That’s life, niets aan te doen. Na een minuut of vijf naar mijn beeldscherm te hebben gestaard, kijk ik naar de enorme bende om me heen. Overal liggen papieren, alleen mijn laptop is nog vrij. Gelukkig, anders kon ik dit niet schrijven. Mijn excuses voor het feit dat ik zo lang niets van mij heb laten horen. Ik denk dat de inspiratie het liet afweten.

Terwijl ik door het raam rechts van mij naar buiten staar, dwalen mijn gedachten af. De afgelopen tijd valt het mij steeds meer op dat de schuld altijd bij de verkeerde mensen terecht komt. De wanprestaties van docenten worden genegeerd; alleen de leerlingen worden aangepakt. “Jullie moeten het doen!”, ik kan het zinnetje wel dromen. Iemand wordt niet in haar werk genoemd, omdat ze een dag te laat was met mailen. En tot slot; hoe kan ik hem ook overslaan… Wilders legt natuurlijk de schuld weer bij Marokkanen neer. Ik ga niet met een beschuldigende vinger wijzen maar ik ben van mening dat Wilders’ tekst nooit de media had mogen halen. Vanmiddag had ik het er over met iemand; “Wilders deed mee in twee gemeenten en hij kreeg meer aandacht dan de enorme afgang van de PvdA.”. Hij heeft gelijk, zo had ik het nog niet bekeken. De beste oplossing is om gewoon de accu uit de camera halen en te doen alsof hij aan staat. Eventueel plakken we er een rood lampje op. Wilders tevreden, Tweede Kamer tevreden, Nederland tevreden. Niet zo zeuren, geen aandacht geven en hij is na een paar maanden weg. Negeren in de Tweede kamer, microfoon uit laten staan. Misschien wordt ‘ie boos, kun je lachen. Het mooiste is nog dat we uiteindelijk zelf aan Wilders’ plek in de Tweede Kamer hebben bijgedragen. Hij heeft stemmen gekregen.

Terug naar mijn stoel. Het is half een ’s nachts. Geen hond meer op straat en er is het afgelopen anderhalf uur geen auto meer voorbij gekomen. De altijd stille stad is nu helemaal uitgestorven. Niet zo verwonderlijk eigenlijk. Sinatra is verdwenen. In mijn oren klinkt een herinnering. "Ver weg", heet het liedje. Zij die hem kennen zullen zien dat ik een woordgrap maak. Het doet me denken aan "toen". De gewéldige tijd op het VIA. Waarom dat accent op de "e"? Omdat het twintigduizend kilo sarcasme voorstelt. Zeker, er waren mooie momenten. Helaas zijn het vooral de negatieve herinneringen die blijven hangen. Toegegeven; de manier waarop alles nu gaat compenseert voor toen, maar toch zijn ze er nog. Net als alle vragen. Onbeantwoord, en onbeantwoord zullen ze blijven. 'k Ben nog steeds benieuwd hoe het de man die mijn schrijven hielp ontwikkelen vergaan is. Misschien moet ik eens mailen. Soms, via de sociale media, verneem ik wat. Ik lees, zie dat de schrijfstijl nog steeds heerlijk als het oude is en glimlach iedere keer weer. Daar sta je dan. Nouja, zitten eigenlijk. Daar zit je dan, twee jaar later. Luisterend naar een liedje van toen, terwijl je met moeite je ogen open houdt, te schrijven over twee jaar geleden. Lang leve de nacht.

zondag 15 december 2013

Deal with it.

‘Zo, dat was gezellig’ denk ik, terwijl ik de fles terug zet in de kelder. De laatste tijd loopt alles op rolletjes en ik hoop dat ’t eens een tijdje zo blijft. Oké, hier en daar wat dalen, maar over het algemeen gaat het perfect. “Er zijn punten gezet, punten gescoord, boeken gesloten en begonnen aan een nieuw boek …” schreef ik een tijdje geleden. Nee, niet op deze site, in het boekje dat standaard in de borstzak van mijn jas zit. Het veel te dure Moleskine-boekje inderdaad. Gekocht voor die momenten van plotselinge inspiratie…


Het besluit over de studiefinanciering is een jaar opgeschoven. Natuurlijk, hoe kan het ook anders. Ik was niet de enige die het voorspeld had. Niet iedereen was het met me eens, maar ’t leek me wel in het straatje van de Nederlandse politiek passen om het nog een jaar vooruit te schuiven en er dan achter te komen dat het invoeren van een leenstelsel misschien toch niet zo’n goed idee is… Hoewel dat laatste koffiedik kijken is. Met het afschaffen van de studiefinanciering vernietig je de toegankelijkheid van het hoger onderwijs in Nederland. Studenten zijn bang om te lenen en ik begreep ze heel goed. Totdat ik uit ging rekenen hoe veel het zou gaan kosten. € 100,- per maand lenen van de overheid is uit te smeren over 15 jaar, met een rente van 1,5%. Dat is praktisch niets! Oké, ik vind het geen goed idee om een schuld te hebben als je net klaar bent met studeren, geen baan en geen huis hebt, maar vergelijk het eens met een lening bij de Rabobank. Dat lukt niet; ze willen je met een gemiddeld studenteninkomen geen krediet verstrekken! Maar; stel je voor dat je het wel zou kunnen lenen? Een rentepercentage van 5,5% is niet vreemd. Maximale looptijd 5 jaar. Totaalbedrag wat je betaalt aan rente? Je betaalt € 246,- bovenop de € 4.800,- die je moet aflossen. Kom je uit op € 5.064,- en je moet het binnen 5 jaar afgelost hebben… Succes.

Ook al is het erg aantrekkelijk om van de overheid te lenen; het blijf eng. Zoals ik al zei; met een schuld aan de overheid van € 4.600,- zitten terwijl je nog niet eens een baan hebt is ook eng. Mijn economiedocent verkondigt dat de enige lening die je ooit zou moeten afsluiten een hypotheek is, ‘omdat jij je huis niet in één keer kunt betalen’. Ben ik met hem eens. Ik word moe. Moe van het gezeik, moe van het gedoe. De eeuwige discussies, de bureaucratie die heerst. Formulier dit, formulier dat. Mailtje zus, mailtje zo. Steek ze in de fik! Weg met formulieren en mailtjes, ik stem voor de afschaffing van het gebruik van die dingen. In hokjes denken noemen ze dat en ik heb er een hekel aan. Mailen is geweldig voor snelle communicatie maar niet om iets belangrijks mee te bespreken. Als je iets van waarde te zeggen hebt, bel je maar op. Tenzij je dat onmogelijk gemaakt wordt en men je geen keus laat. Ik heb het aan den lijve ondervonden. Dan moet je gebruik maken van de manieren die overblijven en misschien wel de belangrijkste beslissing van je leven maken via een communicatiemiddel waarvan je gezworen had er nooit op die manier gebruik van te maken. Het is gebeurd, ik ben er niet trots op, ik ben er juist verdrietig en kwaad over. Er is niets meer aan te doen, het werd me onmogelijk gemaakt om die beslissing op een andere manier duidelijk te maken aan de betrokkene. Het boek is dicht, de punt is gezet… Ik moet door. Je kunt niet voor eeuwig stil blijven staan. Sterker nog, ik gá door. Het is mijn leven en ik beslis wat ik ermee doe. Maar als blikken konden doden ging ik vrijdagochtend horizontaal op het perron. Al het leven uit me verdwenen. Het doet me niets. Alsof ik van steen was, met een croissant in de linkerhand en een beker koffie in de rechterhand liep ik door. Ja, ook ik kan hard zijn. Deal with it.

donderdag 15 augustus 2013

Hoe en waarom?

Ik sla het splinternieuwe Moleskine-boekje open en begin te schrijven op de tweede pagina. Gewoon, omdat het fijner schrijft. Onder het geraas van vliegtuigen, naast een herdenkingsmonument en schuin tegenover een tegel met daarop een lieveheersbeestje zit ik op een bankje. Het beeld is dat van een man van wie de handen aan elkaar gebonden zijn. In het voetstuk waarop hij staat, is de tweede regel van het Wilhelmus gegraveerd. Muziek is bij dit beeld een heel belangrijk iets. Nickelback had hier niet bij gepast. Het pianostuk waarnaar ik luister wel. Het geeft me een onduidelijk gevoel. Tegenover mij wordt een terras opgeruimd. De winkels zijn dicht, de straat is verlaten. Ik heb het gevoel dat niemand in de gaten heeft dat er een jongeman naast een oorlogsmonument zit te schrijven. Probeer me voor te stellen hoe het hier vroeger was. Een grote bak met water, weet ik me te herinneren. Die geschiedenislessen zijn dus toch ergens goed voor geweest. De verkoper heeft mij de verkeerde pen aangesmeerd. Met m’n linker duim veeg ik inktrestjes uit over de bladzij. Nog steeds, tussen al het digitale gebeuren, draag ik een papieren boekje bij me met een pen. Lekker ouderwets. Het heeft zo z’n charmes. Een echtpaar loopt me voorbij. Ik krijg verbaasde blikken toegeworpen, glimlach en knik hen toe. Ze lopen door. Nogmaals richt ik mijn blik op het monument en de lieveheersbeestje-tegel. Het lijkt wel alsof ze waardeloos zijn geworden. In Thailand wordt Hitler vereerd en in Egypte is de tweede president afgezet. Hoeveel volgen er nog? Betere vraag; hoeveel Hitler-fans komen er nog bij?


Ik beantwoordde mijn vraag met slechts één woord. ‘Dit is de reden’ dacht ik bij mezelf toen ik me afvroeg waarom zoveel mensen van de natuur houden. Zat op een bankje in Harderwijk, aan het “strand”. Op een ander bankje, een stukje bij mij vandaan, zat een man met gaten in zijn broek en een oude fiets. Zijn schoenen had hij uitgetrokken. Misschien vond ‘ie dat comfortabeler. Maar daar ging het niet om. Het ging mij om de ontspannen manier waarop hij zat en de verbaasde, op hem gerichte ogen, strak aankeek. Ik daarentegen zat me druk te maken over hoe stom ik eruit zou zien. Toegegeven, het is ook geen alledaags gezicht; een jongeman met een schrijfblokje die in het niets zit te staren. De man trekt zijn schoenen aan en stapt op zijn fiets. Als hij weggefietst is, kijk ik op naar de lucht. De zon is al onder, maar de wolken zijn nog steeds oranje. Het wordt koud, ik begin te rillen en mijn handschrift wordt onleesbaar. Sinds een tijdje begrijp ik levensgenieters. ‘Dit is  een van de redenen dat zij van het leven houden,’ denk ik bij mezelf terwijl ik langzaam opsta en met een slapende rechtervoet terug wandel.

donderdag 4 juli 2013

I'm back.

Hij is terug. Vier maanden geleden dat ik voor het laatst iets heb gepubliceerd; I’m back. Ik luister naar Kane en Ilse DeLange terwijl om mij heen alle geluiden zijn weggeëbd. Alleen het tikken van de klok en het geratel van mijn toetsenbord zijn nog overgebleven. Naast mij staat een glas met daarin een vloeistof met dezelfde kleur als thee. Het smaakt alleen iets anders. Deze week is er veel gebeurd. Gisteravond het beste nieuws van dit jaar te horen gekregen. Het glas naast me raakt steeds verder leeg. Nu een nummer van Sinatra, “One For My Baby”. Het is en blijft een van mijn favorieten. Muziek laat je even alles vergeten, zorgt ervoor dat je, heel even maar, kunt ontsnappen aan de wereld om je heen. Het is me opgevallen dat ik het eigenlijk helemaal niet slecht heb. Je moet het alleen inzien. Misschien is dat wel het probleem van onze maatschappij… We zijn niet blij met wat we hebben, het moet altijd meer, groter, beter zijn dan wat nu al aanwezig is. Ik word er moe van, maar ik besluit er geen aandacht meer aan te schenken.


Even een momentje van rust, een ogenblik van spontane inspiratie en dan ga je maar schrijven. Het is een tijd geleden en het voelt onwennig. Egypte is de nieuwe president alweer zat, trouwens. Het leger heeft ‘m afgezet en neemt de leiding weer over. Ha, moesten we hier eens proberen. Dat zou een stunt zijn. ‘k Heb ontdekt dat goede vrienden en mensen waarmee je een goed gesprek kunt hebben, waardevoller zijn dan wat dan ook. Ik kijk naar de goudgele vloeistof in m’n glas. Dat zijn prachtige zinnetjes omdat, zoals iemand laatst tegen mij zei, “een goed verhaal nooit begint met “Ik at laatst een salade, en opeens…””. En het is waar, de beste verhalen beginnen met “Goh, ik zat laatst in het café een biertje te drinken en toen opeens, uit het niets…”. Het eeuwige gezeur van mij is opgehouden. Eindelijk heeft ‘t plaats gemaakt voor een voldaan en tevreden gevoel. Het gaat lekker. Er klinkt alweer een nummer van Sinatra in mijn oren, dit keer gezongen door Robbie Williams. Wie? Inderdaad, Robbie Williams en zijn stem past hier geweldig goed bij. Het gevoel van tevredenheid wordt alleen maar groter. Misschien moet u dat ook eens proberen, het werkt geweldig goed! Gewoon wachten totdat het stil wordt en genieten. Laten we dat allemaal eens doen. Op de spreekwoordelijke pauzeknop drukken, even stilstaan en het moment waarderen. Serieus. Doen.