vrijdag 3 mei 2013

Woede.


Zijn ogen schieten snel van links naar rechts. Steeds naar iemand anders kijken, terwijl hij alles waarneemt. De docent die voor de klas staat, doet precies hetzelfde als ik. Uit ervaring weet ik dat het automatisch gaat en hij er niets aan kan doen; het is geen teken dat de man nerveus of wat dan ook is. Ook ik weet precies wat er achter, links, rechts en voor me gebeurt, zelfs als ik geconcentreerd ergens mee bezig ben: observeren. De afgelopen maanden heb ik alleen maar geobserveerd. Om me heen gekeken, goed geluisterd en van bijna alles wat ik tegenkwam een analyse gemaakt. Verbeterpunten ontdekt. ‘k Ben er achter gekomen dat het masker, wat ik al eerder beschreef, niet nutteloos is. Sterker nog; het is nodig. En eigenlijk zou ik meer dan mijn gezicht moeten beschermen. Waarom? Omdat sommige opmerkingen als een trap in je kruis voelen. Mensen die verdomd goed weten dat je ze nog kunt horen, maar iets zeggen wat eigenlijk buiten gehoorsafstand moest. Het zou, zonder dat masker, pijn doen en me kwaad maken. Ik zou zelfs in een opwelling iemand een klap voor z’n bek geven. Niet alleen omdat het kan, maar omdat het nodig is. Uit pure woede.

Mijn irritaties heb ik niet losgelaten, maar geaccepteerd dat het nu eenmaal zo is. Ik moet er maar het beste van maken. De boosheid kan soms van pas komen als inspiratie. De ogen van mijn docent bewegen zich steeds langzamer. Zijn hand schrijft minder snel en ook zijn spreektempo daalt. In gedachten verzonken kijk ik voor me uit en hoor hem in de verte nog spreken. Denken over hoe ik het ga aanpakken. Op welke manier ik mijn toekomst in ga richten. Wat ik ga studeren, en wat misschien een oplossing zou kunnen zijn voor onze zelfvernietiging. Leuk om over na te denken, maar niet op dit moment. Schijnbaar deelt de man mijn mening en haalt me uit mijn gedachten door mij vermanend toe te spreken. Hij wrijft het er nog eens in, dat ik voor de laatste resultaten geen feestje hoef te geven. Niet in een 1-op-1-gesprek maar in het bijzijn van 30 anderen. Dat ben ik van hem gewend, dus het feit dat ’t met hen erbij gebeurt doet me niet veel. Hij heeft zelfs gelijk. Het laat zien dat het systeem niet werkt. Onderwijs hoort eigenlijk, in de basis, voor iedereen gelijk te zijn. Elke scholier moet gelijke kansen krijgen. Een 0,9 die drie keer meetelt, helpt daar niet bepaald aan mee. Mijn masker zit vol. Normaal kan ik de woede vrijlaten door te schrijven, muziek te maken of te sporten maar als zelfs dat nog met veel nervositeit moet gebeuren, lukt het niet meer. Ik ben niet de enige. Ik zie en voel dat zoveel mensen om mij heen met hetzelfde probleem zitten. Het lijkt me zo mooi om dat te kunnen doorgronden, waar dat precies vandaan komt, enzovoort. Eerst slapen. Hopen dat mijn gedachten me daarin niet belemmeren. Sleep well, crazy world.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten